MENU
< TERUG

ACTUEEL

Preek 28e zondag jaar B. Patroonfeest heilige Theresia van Avila. Marc. 10, 17-30. 

7 oktober 2024

Broeders en zusters in Christus,

We zijn elkaars broeders en zusters, al komen we niet allemaal van dezelfde locatie. We vormen met elkaar één parochie en één Kerk. Wat is het mooi om dat vandaag in één gezamenlijke viering tot uitdrukking te brengen. U bent een gezegende parochie! Het is belangrijk om samen te vieren dat u als Theresia van Avila-parochie alweer 12 ½ jaar onderweg bent. We zijn nog steeds onderweg, want als Kerk zijn we een pelgrimerende Kerk, door de geschiedenis met vele generatie verbonden.

Wat zou het fijn zijn als we net als de jongeman uit het evangelie Jezus rechtstreeks een paar vragen zouden kunnen stellen, en ook nog persoonlijk antwoord zouden krijgen. Ik weet zeker dat er in ons hart en in ons geloofsleven altijd vragen zijn die we met de Heer zouden willen delen. Dat kan natuurlijk in ons gebed. Maar wat als je het zelf direct aan Jezus kon stellen en direct van Hem antwoord kreeg? Die kans hebben we niet. De jongeman uit het evangelie heeft die kans wel en neemt die kans ook. Hij stelt een heel bijzondere vraag: “Goede Meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te verwerven?” (v. 17). Het eeuwig leven! Veel mensen zeggen: dat is nog zo ver weg, laat ik eerst maar bezig zijn met wat ik nu moet doen. En toch is deze vraag van de jongeman elke dag belangrijk, want het is het perspectief waar wij naar onderweg zijn. De pelgrimerende Kerk loopt niet zomaar een route, waarbij elke richting prima is. Nee, we zijn onderweg naar de Heer, die aan het einde der tijden terug komt, zoals Hij heeft beloofd. We herhalen dat elke eucharistieviering: Totdat Gij wederkeert.

Het is bijzonder dat een jongeman dit vraagt, want er zijn niet veel jonge mensen die al zo vroeg in hun leven met het eeuwig leven bezig zijn. Zij zeggen: dat duurt nog wel even! Of je nu jong of oud bent, de vraag naar het eeuwig leven is altijd actueel. Want niet ieder mens is het gegeven een lang leven te leiden. Wat zou het dan een gemiste kans zijn als we nooit over de vraag naar het eeuwig leven hebben nagedacht. Velen hebben zich zo in het hier-nu-maals opgesloten, dat er geen ruimte is voor het hier-na-maals, terwijl beiden bij elkaar horen. Het maakt wel degelijk wat uit in wat we zeggen en doen. Hebben we die liefde van de Heer in ons hart, of zijn we vooral scherp en bitter? Zijn we in staat tot vergeving en barmhartigheid, of zijn we mensen die elkaar steeds de fouten nadragen?

De jongeman stelt een goede vraag. En Jezus stelt meteen een wedervraag. Je weet wel wat je moet doen, zo zegt Jezus, als je de weg gaat van het evangelie. En de Heer noemt de kern van de Tien Geboden. De jongeman veert op van trots, want dat is precies wat hij doet. Of is er toch nog iets wat ik over het hoofd heb gezien? Jezus kijkt hem liefdevol aan. Hij maakt hem geen verwijt, zo van: wat weet jij nou van het eeuwig leven? Wie weet dat wel? Een leven dat bij God is in liefde, daar kunnen we ons maar moeilijk iets van voorstellen. We leven in een wereld waarin zoveel tijdelijkheid bestaat. We weten niet wat liefde is tot het uiterste, als we zoveel oorlog en haat om ons heen zien. Jezus weet al meteen waaraan de jongeman gehecht is, namelijk aan veel geld. Weet je wat je nog mist, vraagt Jezus? De jongeman weet dat hij meer bouwt en vertrouwt op zijn bezit dan op de geboden van de Heer. En daarom gaat hij zonder iets te zeggen ontsteld weg. Het is niet zomaar een vraag, maar de vraag van ons leven: mogen wij God zien van aangezicht tot aangezicht? We bidden tot God en we lezen over God, maar Hem echt mogen zien is een verlangen dat we niet zouden mogen loslaten. Velen zeggen: ik kijk wel in de ogen van mijn geliefde of die van mijn kinderen, maar de ogen van God, daarover heb ik nog niet nagedacht. En toch is dat belangrijk, want het is het perspectief waarnaar we onderweg zijn.

Als iemand op die toekomst met de Heer was voorbereid, dan is het wel Theresia van Avila, uw patroonheilige. Zij trok zich terug om te bidden en te vasten, want met God zijn was voor haar het belangrijkste in haar leven. Dat hield ze niet zoor zichzelf, zo van: als ik maar niet gestoord wordt. Nee, zij verliet altijd weer haar klooster, om nieuwe kloosters te stichten. Zij moest daarbij veel weerstanden ombuigen naar nieuwe bekeringen. Haar leven was niet een wachten totdat God haar wensen zou vervullen. Zij liet zich door God leiden naar de plekken en mensen waar ze naartoe ging. Theresia was geen heilige die achter gesloten deuren zat. Nee, zij voelde zich verantwoordelijk voor de gehele Kerk. Want als die Kerk niet meer op weg is naar de Heer, als die Kerk het eeuwig leven niet meer zoekt, dan loopt de Kerk alleen maar rondjes om zichzelf.

Jezus vraagt ook aan ons: verlang je naar het eeuwig leven? Heb je aandacht voor Mij? Gaat je hart uit naar wat belangrijk is voor het Koninkrijk van God? Misschien lukt dat niet altijd en denkt u: daar ben ik wel heel weinig mee bezig. Daarom staat er in de tweede lezing van vandaag iets dat zeer behartenswaardig is, namelijk dat het woord van God levend en krachtig is (Hebr. 4, 12). Dat kan in ons hart een verschil maken, het kan ons helpen na te denken over onze bestemming in het eeuwig leven. Jezus zegt: “Gelukkig wie Gods woord hoort en het bewaart in het hart” (Luc. 11, 28). Neem daarom Gods woord mee als voedsel voor onderweg.

Denken we na over het eeuwig leven? En als we erover nadenken, hoe zouden we dat dan kunnen verwerven? De jongeman had het uitgerekend: als ik mij aan de geboden houd, dan ben ik er eigenlijk wel. Echter, zo lijkt het eeuwig leven op een spaarboekje met zegels dat je moet vullen en als het vol is, hoop je te kunnen incasseren. Maar wat als je boekje niet helemaal vol is? Dan hoop je toch dat God je geeft wat je verlangt. Dan hoop je toch dat God je liefdevol aankijkt, zoals Jezus dat bij de jongeman deed en zijn barmhartigheid betoont. Weet u, als ik nadenk over het eeuwig leven, dan word ik vanzelf klein. Wie ben ik dat ik God mag zien, Hij die de bron is van mijn leven en van mijn toekomst? Wie ben ik dat ik met Hem mag leven voor altijd? En als je klein wordt, is het niet de bedoeling dat je jezelf afschrijft. Als je bescheiden wordt, betekent dat niet dat je er niet toe doet. We kunnen juist het verschil maken als we in de kracht van Gods woord in het leven kunnen staan.

De leerlingen van Jezus zijn teleurgesteld als Hij zegt: Het is makkelijker voor een kameel om door het oog van de naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan (v. 25). Die kameel klinkt vreemd. Hoe krijg je zo'n dier door het oog van de naald? Ik sprak eens de patriarch van Beiroet. Hij legde mij uit dat in zijn cultuur met een kameel een ‘camel hitch’ wordt bedoeld, een knoop in een touw waarmee een schip wordt aangemeerd. Krijg zo’n knoop eens door het oog van de naald! Hoe dan ook, het blijft een hele klus om te staan voor het evangelie, om je aan God over te geven. Jezus zegt: pas als je jezelf durft te geven aan Mij en het Koninkrijk, dan pas praten we verder. Petrus zegt meteen: we hebben alles losgelaten om U te volgen! Jezus zegt dat wie werkelijk alles los laat, juist heel veel ontvangt: huizen, broers, zusters, moeders, vaders, enzovoort. In feite overkomt u dat vandaag. Als u op deze zondag uw eigen locatie loslaat en hier samenkomt, mag u ontdekken dat u vele broeders en zusters heeft. Wat doet u: sluit u zichzelf op in uw gepieker of bent u bereid de liefde van God met anderen te delen? Bereken ik net als de jongeman hoe ik ervoor sta? Of durf ik te zeggen: Heer, Gij weet alles (Joh. 21, 15), ik heb uw barmhartigheid en liefde nodig. 

Ik weet zeker dat als in deze wereld vele harten zich gewonnen weten voor het evangelie, dan ziet de wereld er heel anders uit. Misschien zouden wij in plaats van aan asielzoekerscentra aan onze kerken moeten ophangen: Hier werken wij aan uw terugkeer. Dat zou betekenen dat wij weer op het pad van het evangelie komen. Hier, in de kerken, wordt gewerkt aan de weg van het evangelie, als wij het woord van God horen en bewaren in ons hart, als wij elkaars broeders en zusters willen zijn op de weg van het evangelie. Moge dat ons geloof steeds opnieuw bepalen en het centrum zijn van onze aandacht. Het eeuwig leven is niet ver weg, maar begint hier en nu. Als parochie, een gemeenschap van geloof, hoop en liefde, kunnen wij vandaag al een nieuw begin maken. Door Christus, onze Heer. Amen.

Bisschop Johannes van den Hende

Preek 27e zondag. Gen. 2, 18-24. De mens geeft namen aan de dieren.
30 september 2024
Preek 26e zondag. Marc. 9, 38-48. Openstellen voor het onverwachte
16 september 2024
Preek 25e zondag. Jac. 3,16 - 4,3. Bewonderaars vs. navolgers.
15 september 2024
Preek 24e zondag. Marc. 8, 27-30. Wie zegt Gij dat Ik ben?
4 september 2024
Preek 23e zondag. Luc. 6, 1-5. Effeta, ga open.
3 september 2024
Preek 22e zondag. Marc. 7, 8-23. Luisteren met je hart.
1 september 2024
laad meer artikelen artikelen aan het laden geen nieuwe artikelen