MENU
< TERUG

ACTUEEL

Preek 15e zondag in jaar B. Marc. 6, 7-13. Het stof van je voeten schudden.

11 juli 2024

Er zit, op het eerste oog, een zekere tegenstrijdigheid in de woorden van Jezus vandaag. Hij zegt: “Is er een plaats waar men u niet ontvangt en niet naar u luistert, gaat daar dan weg en schudt het stof van uw voeten als een getuigenis tegen hen” (v. 11). Wat als je dit ervaart in je gebed? Wat als je aanhoudend bidt, maar je voor je gevoel niet gehoord wordt, als God naar je idee niet luistert? Schud je dan het stof van je geestelijke voeten? Toch gebeurt dit regelmatig. In mijn werk heb ik meerdere mensen gesproken die teleurgesteld geloof en kerk hebben verlaten, omdat ze naar hun idee niet door God gehoord worden.

Tijdens mijn sabbatverlof heb ik mij verdiept in het denken van de Franse katholieke filosoof Jean-Louis Chrétien (1952-2019). Hij dacht veel na over het gebed. Bidden is antwoorden op een goddelijk appèl, een roep. Dit appèl gaat ons in alles vooraf. Heel het menselijk leven is antwoorden op een appèl, in alles wat we doen. Niets is eigen initiatief. Het opvoeden van een kind is bijvoorbeeld een antwoord op het appèl dat het kind op de ouders doet. Alles appelleert aan ons, of het nu God is, je medemens, de natuur, de kunst, noem maar op. God is in zichzelf appèl en antwoord. Dat zie je in het scheppingsverhaal, waarin God roept én antwoord: door zijn Woord (het appèl) doet hij de wereld ontstaan (het antwoord). Het feit dat u en ik er zijn is omdat wij bij voorbaat hebben geantwoord op de roep van God.

Zo is het ook met gebed. Bidden is antwoorden op de roep van God. Bidden is mogelijk door het luisteren van God. Het luisteren van God gaat aan ons bidden vooraf. Luisteren is de ruimte waarbinnen je kunt spreken, zegt Chrétien. Oprecht luisteren is niet luisteren naar de ander, maar luisteren met de ander. In deze nuance ligt een wereld van verschil. Immers, als je spreekt, luister je ook naar jezelf, dat hoop ik althans. En als je met iemand spreekt, weet je niet wat je over vijf minuten gaat zeggen. Er ligt geen tekst voor je neus. Door naar jezelf te luisteren, en de ander die met je meeluistert, openbaar je jezelf in en door het gesprek. Bidden is een mens-openbaring, een antropofanie. De mens opent zich in gebed.

Zelfopenbaring is voor Chrétien kenmerkend voor het gebed en deze zelfopenbaring wordt mogelijk gemaakt door de luisterende aanwezigheid van God. Je kunt ook praten met jezelf, maar dat is geen gesprek waarin iemand met je meeluistert. Praten met jezelf is geen openbaring, want je zegt wat je al weet of wilt horen. In het gebed ‘dringt’ God je gesprek binnen door zijn luisterende aanwezigheid. Het feit dat God geheel anders is, maakt dat je kunt zeggen wat je van tevoren niet weet. Zo kom je tot zelfopenbaring, en dus kennis van jezelf.

Luisteren is een voorwaarde om te kunnen spreken, om jezelf te openbaren. Als er niet wordt geluisterd, dat voor nut heeft het gesprek dan? In zoverre heeft Jezus gelijk: wordt er niet geluisterd, ga dan, want het gesprek leidt nergens toe. Bidden is antwoorden op het appèl van God. Dit appèl is het luisteren van God. Je bidt, omdat je in de ruimte staat van Gods luisterende aanwezigheid. In die ruimte is het stil. Stilte wil dus niet zeggen dat er niet geluisterd wordt. Integendeel, stilte is luisteren. Als je bidt, dan mag je weten dat God luistert. Je bidden ontspringt eraan! Als God niet luistert, zou je niet eens bidden. Toch hebben velen de ervaring dat hun gebed nergens toe leidt. Chrétien daagt je uit deze ervaring om te keren. Het feit dat je bidt, betekent dat God luistert. Ik lees een gedicht van de middeleeuwse Perzische dichter en mysticus Rumi (1207-1273), die Chrétien in dit kader citeert:

Heel de nacht riep een man tot God,
totdat zijn lippen begonnen te bloeden.
Toen zei de duivel: Hé, meneer de goedgelovige!
Waarom roep je de hele nacht
en hoor je God nooit zeggen: Hier ben Ik?
Je roept zo oprecht, in ruil voor wat?
Ik zal het je zeggen: voor niets!
De man voelde zich leeg en verlaten.
Moedeloos zakte hij neer op de grond
en viel in een diepe slaap.
In een droom verscheen Abraham die hem vroeg:
Waarom betreur je je lofprijzing op God?
De man zei: ik riep en riep,
maar nooit zei God: Hier ben Ik.
Abraham legde hem uit dat God heeft gezegd:
Je roepen van mijn Naam is mijn antwoord.
Je verlangen naar Mij is mijn respons.
Je pogingen om Mij te horen
zijn in werkelijkheid mijn roepen naar jou.
In de stilte waarin wordt geroepen om God,
wachten duizend antwoorden: Hier ben Ik.

In gebed mag je geloven en weten dat God naar je luistert. Wat je zegt in het gebed is een openbaring van jezelf. Luister dus ook naar jezelf, zoals God naar jou luistert. Schud je het stof van je voeten als je niet naar jezelf luistert? Naar jezelf luisteren kan alleen in gebed, omdat God daarin met je meeluistert en wiens luisteren woorden geeft aan je gebed. Jezelf (leren) kennen is de gave van het gebed. Door Christus, onze Heer. Amen.

Diaken Franck Baggen

Preek 28e zondag. Marc. 10, 17-30. Het eeuwig leven verwerven.
7 oktober 2024
Preek 27e zondag. Gen. 2, 18-24. De mens geeft namen aan de dieren.
30 september 2024
Preek 26e zondag. Marc. 9, 38-48. Openstellen voor het onverwachte
16 september 2024
Preek 25e zondag. Jac. 3,16 - 4,3. Bewonderaars vs. navolgers.
15 september 2024
Preek 24e zondag. Marc. 8, 27-30. Wie zegt Gij dat Ik ben?
4 september 2024
Preek 23e zondag. Luc. 6, 1-5. Effeta, ga open.
3 september 2024
laad meer artikelen artikelen aan het laden geen nieuwe artikelen